Belanghebbende gebonden aan uitkomst van gezamenlijke taxatie van zijn taxateur en Inspecteur

 
In geschil is of eiser gebonden is aan de uitkomst van de gezamenlijke taxatie. Omdat het overleg tussen beide taxateurs erop gericht was om tot overeenstemming te komen en zij in opdracht van eiser en verweerder handelden, is eiser reeds daarom aan de uitkomsten van dat overleg gebonden. Als eiser de mogelijkheid had willen openlaten dat hij daardoor niet gebonden zou worden, had eiser uitdrukkelijk een voorbehoud te moeten maken. Beroep ongegrond.

RECHTBANK ARNHEM
Sector bestuursrecht, meervoudige belastingkamer

registratienummer: AWB 08/787

uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van

inzake

X, wonende te Z, eiser,

tegen

de inspecteur van de Belastingdienst/te P, verweerder.



1. Ontstaan en loop van het geding

Verweerder heeft aan eiser voor het jaar 2001 een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (hierna: IB/PVV) met nummer H.16 opgelegd, berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van 169.840. Daarbij is 6.918 aan heffingsrente in rekening gebracht.

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 20 december 2007 de aanslag gehandhaafd.
Eiser heeft daartegen bij brief van 29 januari 2008, door de rechtbank ontvangen op 30 januari 2008, beroep ingesteld.
Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 5 maart 2009 te Arnhem.
Eiser is daar in persoon verschenen, bijgestaan door zijn zoon A. Namens verweerder is verschenen B, bijgestaan door taxateur c.


2. Feiten

Op grond van de stukken van het geding en het verhandelde ter zitting staat het volgende vast.
Eiser is geboren op 23 oktober 1939 en gehuwd met Y, geboren op 4 november 1943. In 2001 woonde eiser, samen met zijn echtgenote, op het adres a straat 1 te Q.
Eiser dreef tot en met 2001 in de vorm van een eenmanszaak een agrarische onderneming. De onderneming bestond uit het houden van vleesvarkens op voerloonbasis.
Eiser was sinds 31 januari 1973 eigenaar van de onroerende zaken a straat 1 en 2 bestaande uit een woonhuis met ondergrond, erf en bedrijfsopstallen, totaal 1.84.25 m2. De bedrijfsopstallen met ondergrond en erf, twee varkensschuren van ongeveer 500 en 290 m2 en een wagenloods (175 m2), behoorden tot het ondernemingsvermogen. Het woonhuis, een semi-bungalow van ongeveer 540 m3 groot, met garage/berging, ondergrond, tuin en oprit behoorden tot het privvermogen van eiser. De wagenloods en n van de varkensloodsen waren gelegen op a straat 2. Tussen de varkensschuur gelegen op a straat 2 en de woning van eiser stond een woning van een derde.
Eiser heeft in 2001 de onroerende zaken aan de gemeente Q verkocht voor f 1.950.000 ( 884.871).
Op 2 februari 2001 is door bedigd rentmeester en taxateur D (E) hierover namens eiser overeenstemming bereikt met de gemeente Q. Daarbij is er door partijen vanuit gegaan dat in de schadeloosstelling van fl. 1.950.000 een bedrag van fl. 1.125.000 voor het priv-gedeelte is begrepen, te weten:
- woonhuis, garage en tuin fl. 1.000.000
- aankoopkosten vervangend huis (10%) - 100.000
- verhuis- en herinrichtingskosten - 25.000.

Bij notarile akte van 11 april 2001 zijn de onroerende zaken geleverd. In die akte staat onder meer vermeld dat eiser en zijn echtgenote tot uiterlijk 31 december 2001 gratis het persoonlijk voortgezet gebruik van de woning met tuin behielden. Eiser en zijn echtgenote zijn op 15 december 2001 verhuisd. De verhuisdatum is door partijen aangemerkt als stakingsdatum.
In opdracht van eiser is door bedigd rentmeester en taxateur F (E) ten behoeve van de berekening van de stakingswinst een uitsplitsing van de verkoopsom gemaakt. Daarvan is met dagtekening 16 oktober 2002 een rapport opgemaakt. Hierin staat onder meer het volgende vermeld:

Taxatieopdracht:
Uitsplitsing van de verkoopsom d.d. 11 april 2001 in de verschillende waardecomponenten.
()
Waardering:
Rekening houdend met de van belang zijnde factoren is de schadeloosstelling geschat als volgt:
Vermogenscomponenten:
- Semi-bungalow met garage/berging, tuin, erf en ondergrond, groot 20 are f 1.000.000,--
- 24 are 25 centiare bedrijfserf f 85.000,--
- bedrijfsgebouwen f 195.000,--
- 1.40.00 ha. grasland binnen het plan f 490.000,--
Overige vergoedingen:
- aankoopkosten vervangende woonruimte f 100.000,--
- verhuis- en herinrichtingskosten priv f 25.000,--
- kosten tuinaanleg f 15.000,--
- verplaatsingskosten aanloopschade bedrijf f 35.000,--
- hypotheek en extra accountantskosten priv f 2.000,--
- hypotheek en extra accountantskosten bedrijf f 3.000,--
- belastingschade P.M.
f 1.950.000,--
(...)
Voor elke taxatie geldt de waarde als een moment-opname ten tijde van de aangegeven taxatiedatum. Later gebruik of toepassing van de waardering vereist overleg met de taxateur..

Eiser heeft op 28 januari 2003 aangifte IB/PVV voor het jaar 2001 gedaan naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van 47.110. Hierin is ter zake van stakingswinst een bedrag van 268.108 begrepen.

Bij fax van 1 juli 2004 is de stakingswinst door eiser als volgt gespecificeerd:

varkensrechten 61.091
ammoniakrechten 3.314 grond () 260.923 uit verkoop gemeente
gebouwen () 88.487 uit verkoop gemeente
brijbakken 1.248
415.063
af:
boekwaarde afgevoerde machines 3.182-
boekwaarde grond 7.773-
boekwaarde gebouwen 26.473-
landbouwvrijstelling cultuurgrond 109.527- 1)
BELASTE STAKINGSWINST 268.108

1) Berekend als volgt:
WEVAB waarde erfperceel 2.425 m2 fl. 20 fl 48.500
Waarde cultuurgrond 1.40 hectare fl. 15 fl. 210.000
fl. 258.000
in euro 117.302
boekwaarde 7.773-
landbouwvrijstelling cultuurgrond 109.529.

Het bedrag van 260.923 voor de grond is het totaal van de volgende bedragen:
- 24 are 25 centiare bedrijfserf f 85.000,--
- 1.40.00 ha. grasland binnen het plan f 490.000,--

In het kader van de aanslagregeling is door Register-Taxateur c, werkzaam bij de Belastingdienst, een uitsplitsing van de koopsom van de onroerende zaken gemaakt. In het rapport van 28 april 2004 dat daarvan is opgemaakt, staat onder meer het volgende vermeld:

Uitsplitsing verkoopsom
()
WEV WEVAB
1. woonhuis met garage 187.000
woonkavel ca 10.00 aren 70.000 70.000

2. bedrijfsopstallen en verhardingen 165.000

3. erfkavel ca. 25.00 aren 55.641 33.000

4. overige cultuurgronden groot ca. 1.49.25 ha. 332.230 67.000
809.871
(...)
Bijkomende schades:
* aankoopkosten vervangende woonruimte 30.000
* verhuis- en inrichtingskosten prive 10.000
* kosten tuinaanleg 7.000

* verplaatsingskosten bedrijf 25.000
* hypotheek en extra accountantskosten prive 1.000 * hypotheek en extra accountantskosten bedrijf 2.000
884.871
Taxatie per 31 maart 1986:
Per 31 maart 1986 was er geen sprake van een naderende planologische bestemmingswijziging terwijl er evenmin sprake was van een potentieel stakend bdrijf. Per 31 maart 1986 is er derhalve geen sprake van een verschil tussen de WEV en de WEVAB..

Naar aanleiding van dit rapport heeft verweerder bij brief van 6 juli 2004 aan de gemachtigde van eiser meegedeeld voornemens te zijn de aangegeven stakingswinst van 268.108 met 247.761 te verhogen tot 515.869.

In zijn reactie daarop van 8 juli 2004 schrijft de toenmalige belastingadviseur van eiser, mr. G van H (hierna ook: H), aan verweerder het volgende:

Naar aanleiding van uw schrijven van d.d. 6 juli 2004, deel ik u hierbij mee dat wij zeker niet akkoord gaan met de voorgenomen afwijking in de aangifte 2001 van de heer X (...). Zonder de afwijkingen feitelijk te beoordelen zien wij bij uw uitwerking dat er een fors verschil in de taxatiewaarden zit. Het lijkt mij dan ook verstandig om beide makelaars / taxateurs het probleem met elkaar te laten bespreken, teneinde tot de juiste waardevaststelling te komen.
In verband met mijn vakantie tot 2 augustus, verzoek ik tot die datum nog geen aanpassing te doen in de aangifte. Ik zal vervolgens met de belastingplichtige en de door belastingplichtige aangewezen makelaar contact opnemen, en zal u in week 32 hieromtrent informeren..

Op 6 september 2004 hebben C en D als voornoemd overeenstemming bereikt over de uitsplitsing van de verkoopsom. De uitkomst is vastgelegd in een door beiden ondertekend rapport van 6 september 2004. Hierin staat onder meer het volgende vermeld:

Ondergetekenden:
1. N. C ()
2. H.Ch. D ()
Overwegende:
dat de heer X, () in april 2001 zijn vleesverwerkingsbedrijf met toebehoren heeft verkocht aan de gemeente Q voor f 1.950.000,-- ()
Dat deze opbrengst fiscaal dient te worden opgesplitst.
komen de volgende uitsplitsing overeen:
WEV WEVAB
woonkavel 10 are 140.000,-- 70.000,--
woonhuis 540 m3 met garage 202.500,--
25 are bedrijfserf 55.641,-- 33.000,--
bedrijfsgebouwen incl. verharding 160.000,--
1.49.25 ha. cultuurgrond 251.730,-- 67.000,--
Subtotaal: 809.871,--

Bijkomende schades:
aankoopkosten vervangend object 35.000,--
verhuis- en inrichtingskosten priv 10.000,--
kosten tuinaanleg 7.000,--
verplaatsingskosten bedrijf 20.000,--
accountantskosten priv 1.000,--
accountantskosten bedrijf 2.000,--

Totaal: 884.871,--.

In een brief van 30 september 2004 gericht aan I van H schrijft verweerder onder meer:

In mijn brief van 6 juli 2004 heb ik u genformeerd over mijn voornemen af te wijken van de aangifte inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen 2001 van de heer X (...). In brief van 8 juli 2004 heeft u hierop gereageerd. Naar aanleiding vanuw reactie is er opnieuw getaxeerd door de heren C en D. Dit heeft (...) nieuwe informatie opgeleverd, waardoor ik een deel van de voorgenomen afwijkingen zal herzien.
(...)
1. Afwijking(en) per onderdeel van de aangifte
Inkomen uit werk en woning (box 1)
Winst uit onderneming
Doordat de taxatie anders is dan in eerste instantie door mij is aangenomen wordt de correctie op de aangifte 157.216 (zie bijlage).

In genoemde bijlage is de correctie als volgt gespecificeerd:

Waarde economisch verkeer: vrije waarde/bewoonde waarde
Bedrijfsgedeelte 160.000
Ondergrond bedrijfsgedeelte 55.641
Cultuurgrond 251.730
Totaal 467.371
Boekwaarde bedrijfsgedeelte 26.473
Boekwinst 440.898
WEVAB: vrije waarde/bewoonde waarde
Ondergrond bedrijfsgedeelte 33.000
Cultuurgrond 67.000
Totaal 100.000
340.898

Overige stakingsopbrengsten:
Brijvakken 1.248
Afgevoerde machines 3.182
Varkensrechten 61.091
Kosten hypotheek en accountant 22.000
Mestrechten 3.314
Totaal overige opbrengsten 84.471
Totale stakingswinst 425.369
Aangegeven 268.108 -/-
Correctie 157.261

Verweerder heeft het belastbare inkomen uit werk en woning vervolgens als volgt berekend:

Aangegeven inkomen uit werk en woning 47.110
Bij: stakingswinst 157.261
Vastgesteld inkomen uit werk en woning 204.371
Af: verrekenbare verliezen 34.531 -/-
Vastgesteld belastbaar inkomen uit werk en woning 169.840

Met dagtekening 28 oktober 2004 is de definitieve aanslag IB/PVV over het jaar 2001 dienovereenkomstig opgelegd.

Bij brief van 2 november 2004, ontvangen door verweerder op 3 november 2004, heeft eiser bezwaar gemaakt tegen voormelde aanslag.

Het bezwaar is bij brief van 31 januari 2005 door J FB (H Adviesgroep Belastingen) gemotiveerd. J schrijft hierin onder meer het volgende:

Reden van bezwaar
In de brief van 30 september 2004 (...) wordt het voornemen af te wijken van de aangifte Ib/pvv 2001 toegelicht door uw collega de heer K. Aan zijn berekeningen ligt een taxatierapport van de heer C (R&S taxateur) en de heer D (makelaarskantoor E) ten grondsslag. Deze taxatie wekt de indruk dat het hier gaat om een gezamenlijke taxatie. Echter door de belastingplichtige is niet verzocht noch opdracht gegeven tot een gezamenlijke taxatie zodat hij zich niet gebonden acht aan de uitkomst.

Bij brief van 23 november 2007 schrijft J FB aan verweerder onder meer het volgende:

Naar aanleiding van uw reactie inzake het lopend bezwaarschrift van de heer X hierbij onze reactie.
In geschil zijn de volgende punten:
Bij de woning is slechts 1.000 m2 (onder)grond en tuin gerekend. Met een luchtfoto kan beargumenteert worden dat 2.000 m2 voor de hand ligt. U stelt als compromis voor 2.000 m2 (onder)grond en tuin tot de woning te rekenen.
(...) U gaf aan niets te zien in een gezamenlijke taxatie waarbij dit keer wel door de heer X vooraf daartoe opdracht wordt gegeven.
(...)
Een andere en wellicht mogelijk wenselijker oplossing dan de woning opnieuw te taxeren is het volgende voorstel.
(...)
Wij stellen voor de winst met dit bedrag ad 86.800 te verminderen ter compromis (...)..

Dit voorstel is door verweerder niet aanvaard.

Bij uitspraak op bezwaar van 20 december 2007 heeft verweerder het bezwaar ongegrond verklaard.

In een brief van 3 april 2008 schrijft taxateur C aan verweerder onder meer het volgende:

Gezamenlijk overleg D/C
Op 2 september 2004 is mij door K van de Belastingdienst Oost/kantoor Q verzocht om contact op te nemen met dhr. D in verband met taxatie van de onroerende zaak eigendom van dhr. X. Op 6 september 2004 heb ik met dhr. D overeenstemming bereikt over de uitsplitsing van de verkoopsom. De uitkomst van dit overleg is door ons vastgelegd in een taxatierapport d.d. 6 september 2004.
Op dat moment is mij uit niets gebleken dat Dhr. D niet namens dhr. X handelde. In soortgelijke overlegsituaties wordt door de makelaar van partijen uitdrukkelijk vermeld indien men NIET namens de opdrachtgever handelt. .


3. Geschil

In geschil is in de eerste plaats of eiser gebonden is aan de uitkomst van de gezamenlijke taxatie door D en C. Eiser beantwoordt deze vraag ontkennend. Verweerder beantwoordt die vraag bevestigend.
Wanneer het gelijk op dit punt aan eiser is, is voorts in geschil of de stakingswinst door verweerder op het juiste bedrag is berekend.

Tenslotte is in geschil of de heffingsrente die in rekening is gebracht, gelet op de behandeltijd van het dossier, niet te hoog is.

Eiser heeft aangevoerd dat hij zich niet gebonden acht aan de gezamenlijk taxatie van D en C. Volgens eiser was het doel daarvan niet in een opdracht vastgelegd. In het beroepschrift schrijft eiser dat hij alleen gehoor heeft gegeven aan de oproep van verweerder in diens brief van 6 juli 2004 om de twee taxateurs met elkaar te laten praten, om uiteindelijk vast te stellen hoe verweerder tot zijn correctie van de stakingswinst kwam. Eiser wijst erop dat volgens het taxatierapport van 16 oktober 1992 van F later gebruik of toepassing van de waardering overleg vereiste met de taxateur. Volgens eiser heeft hij zich daaraan gehouden.

Volgens eiser wordt in het rapport dat door taxateurs D en C gezamenlijk is opgemaakt ten onrechte ervan uit gegaan dat de ondergrond van de woning 10 are is in plaats van 20 are. Volgens eiser is bovendien door verweerder het vertrouwen gewekt dat uitgegaan zou worden van 20 are. Eiser stelt voorts dat gelet op andere verkopen in de omgeving daarin voor wat betreft de ondergrond van de woning van een te lage prijs per vierkante meter, namelijk 70, is uitgegaan. Volgens eiser heeft verweerder aldus gehandeld in strijd met het gelijkheidsbeginsel. Eiser wijst er ook op dat verweerder niet heeft gereageerd op zijn compromisvoorstel.
Volgens verweerder is uitvoering gegeven aan het voorstel van eiser en heeft het overleg tussen de taxateurs van eiser en van verweerder geleid tot overeenstemming over de uitsplitsing van de koopsom. Verweerder wijst erop dat dat overleg mede heeft plaatsgevonden op verzoek van H, de toenmalige gemachtigde van eiser.
Volgens verweerder is terecht uitgegaan van 10 are en heeft J van H de situatie ter plaatse zelf bekeken en naar aanleiding daarvan op 5 december 2007 aan hem meegedeeld dat hij ook niet verder kwam dan 10 are. Volgens verweerder is door hem niet toegezegd dat voor de ondergrond van de woning zou worden uitgegaan van een oppervlakte van 20 are.
Voor wat betreft de heffingsrente stelt verweerder zich op het standpunt dat er geen reden is om die te verminderen nu deze alleen over de periode 1 januari 2002 tot en met 28 oktober 2004 in rekening is gebracht en de behandeltijd van het bezwaar daarop geen invloed heeft gehad.
Ter zitting is in aanvulling daarop onder meer nog het volgende naar voren gebracht:

-door eiser:
De taxatie is op een rare manier tot stand gekomen. Door mijn belastingadviseur is aan verweerder gevraagd of beide taxateurs met elkaar wilden gaan praten. Ik ben niet akkoord met de uitkomsten daarvan en voel me dan ook niet daaraan gebonden. De Belastingdienst wilde na de gezamenlijke taxatie door D en C niet meer aan een hertaxatie meewerken. De gemeente Q wilde voor de onroerende zaken n bedrag geven en niet splitsen. De uitsplitsing van de koopprijs is pas naderhand opgemaakt in een vervolgtraject. Door H is meteen na de vaststelling van de overeenkomst aan verweerder een brief geschreven. Noch ik, noch mijn zoon zijn bij de gesprekken tussen H en de taxateur aanwezig geweest. Er is niet teruggekoppeld met de opdrachtgever.
-namens verweerder:
Ik ga ervan uit dat een gerenommeerd kantoor als H overleg pleegt met de klant. Bij de taxateurs was het doel van het overleg bekend.
H heeft verklaard dat bij de overname van de cijfers betreffende de grond een vergissing is gemaakt. We probeerden er uit te komen.

Eiser concludeert tot gegrondverklaring van het beroep, vernietiging van de uitspraak op bezwaar en vermindering van de belastingaanslag overeenkomstig de ingediende aangifte. Verweerder concludeert tot ongegrondverklaring van het beroep.


4. Beoordeling van het geschil

In de eerste plaats is in geschil of eiser gebonden is aan de uitsplitsing van de koopsom zoals neergelegd in het rapport van rijkstaxateur C en bedigd rentmeester en register-taxateur D van 6 september 2004.

De rechtbank acht hiervoor het volgende van belang. Eiser heeft in het betrokken jaar zijn bedrijf gestaakt. In dat kader heeft eiser zijn onroerende zaken verkocht aan de gemeente Q voor een bedrag van fl. 1.950.000. In opdracht van eiser is door bedigd rentmeester en taxateur F (E) ten behoeve van de berekening van de stakingswinst in zijn aangifte een uitsplitsing gemaakt van die koopsom. In opdracht van verweerder is door taxateur C een tweede berekening gemaakt, die leidde tot een veel hogere stakingswinst. Naar aanleiding daarvan heeft verweerder aangekondigd het aangegeven belastbare inkomen te verhogen. De gemachtigde van eiser heeft vervolgens in zijn brief van 8 juli 2004 aan verweerder voorgesteld om de taxateurs van partijen met elkaar in overleg te laten treden teneinde tot een jui

Geplaatst op: vrijdag 27 november 2009 om 13:11 uur
terug