Ombudsman: Hulp zou niet nodig moeten zijn voor normale fiscale aangelegenheden

Een belastingplichtige mag verwachten dat hij zijn normale fiscale aangelegenheden, zoals een voorlopige teruggaaf, zonder hulp van derden kan regelen. Hij hoeft er niet beducht op te zijn dat de Belastingdienst bij een voorlopige teruggaaf geen rekening heeft gehouden met de reeds bekende relevante inkomensgegevens van de fiscale partner. Buiten de normale aangelegenheden, is de belastingwetgeving volgens de Nationale Ombudsman dermate ingewikkeld, dat van de gemiddelde belastingplichtige niet langer zonder meer mag worden verwacht dat hij in staat is de juistheid van een beschikking of aanslag van de Belastingdienst zonder deskundige hulp te beoordelen.

 

Tot dit oordeel kwam de Nationale Ombudsman in een procedure over de terugbetaling van een te hoge voorlopige teruggaaf inkomstenbelasting 2006. De Belastingdienst stelde via het automatische systeem een voorlopige teruggaaf vast en betaalde aan de vrouw een bedrag uit van € 1.990. Op grond van de reeds bekende inkomensgegevens van de partner had (het systeem van) de Belastingdienst moeten onderkennen, dat de vrouw slechts recht had op een bedrag van € 1.445. Bij de definitieve aanslag herstelde de Belastingdienst de voorlopige teruggaaf en vorderde € 545 terug. Dat ging de vrouw te ver en ze diende een klacht in bij de Nationale Ombudsman. Die oordeelde dat het niet koppelen van inkomensgegevens van fiscale partners in strijd was met het vereiste van adequate organisatorische voorzieningen. Toch mag de Belastingdienst het teveel ontvangen bedrag terugvorderen. De vrouw mag dan wel om gespreide betaling of kwijtschelding verzoeken, waarop de Belastingdienst haar ook terecht heeft gewezen. De Nationale Ombudsman adviseert de Belastingdienst bij de terugvordering de in rekening te brengen heffingsrente te matigen.

Vanaf 1 januari 2009 partnergegevens koppelen
Uit het rapport van de Nationale Ombudsman blijkt, dat de staatssecretaris van Financiën het voornemen heeft om in gevallen van automatische continuering van de uitbetaling van de heffingskorting vanaf 2009 de inkomensgegevens van partners te koppelen, en om in andere gevallen in een zo vroeg mogelijk stadium een handmatige toetsing aan het inkomen van de partner uit te voeren.

Conclusie
Belastingheffing blijft mensenwerk, ook al is het proces in vergaande mate geautomatiseerd. Maakt (het systeem van) de Belastingdienst een misser, dan moet de Belastingdienst de belastingplichtige tegemoet komen met een adequate regeling. Dat betekent niet altijd dat belastingheffing achterwege moet blijven. Adequate regelingen kunnen ook gevonden worden in betalingsregelingen of in matiging van heffingsrente. Die regelingen rollen echter niet automatisch uit het systeem. De belastingplichtige is dan afhankelijk van zijn eigen assertiviteit en een behandelende belastingdienstmedewerker die niet zegt: “Zo rolt het uit het systeem”.

Bron: Nationale ombudsman, 21 maart 2008 , nr. 2008/031

© College Belastingadviseurs 

Geplaatst op: donderdag 24 juli 2008 om 11:26 uur
terug