Denk aan de formaliteiten

Brieven van de Belastingdienst, maar ook van de gemeente, waterschappen en andere overheidsinstanties, kunt u het beste snel openen en lezen. Bevat de enveloppe een ‘beschikking’, zoals een aanslag, dan moet u (laten) controleren of deze beschikking juist is. Bent u het niet met een belastingaanslag eens, dan moet u binnen 6 weken na dagtekening van de aanslag bezwaar aantekenen. De aanslag vermeldt hoe en waar u dat moet doen. Maakt u niet tijdig bezwaar, dan is uw bezwaar niet ontvankelijk en staat de aanslag vast.

 

 

Bezwaar kan worden gemaakt door de belanghebbende. Dat is de persoon aan wie de aanslag is gericht. Een derde die geen belanghebbende is, kan geen bezwaar maken voor de belanghebbende. Dat is onlangs weer gebleken naar aanleiding van een uitspraak van onze hoogste rechter.

Wat was het geval? Een schenker schenkt onroerend goed. De verkrijger is hierover schenkingsrecht verschuldigd en zou dus een aanslag schenkingsrecht moeten ontvangen. De aanslag schenkingsrecht is echter geadresseerd aan de schenker en bovendien te hoog. De schenker maakt daarom bezwaar en tegen de afwijzing daarvan komt hij in beroep bij het Hof, die de aanslag vernietigt wegens onjuiste adressering. Tegen deze uitspraak gaat de staatssecretaris in cassatie. De Hoge Raad overweegt, dat de aanslag ook was gericht aan de verkrijger, die hetzelfde postadres had gekozen als de schenker. Er was dus geen sprake van onjuiste adressering van de aanslag. De schenker was echter geen belanghebbende en daarom onbevoegd om in bezwaar en beroep te gaan. Hij was niet ontvankelijk in zijn beroep. Voor de verkrijger is deze uitspraak heel vervelend. Wegens het verstrijken van de bezwaar- en beroepstermijn kan hij de aanslag schenkingsrecht niet meer bestrijden.

Conclusie
Houdt bij ‘brieven’ van de Belastingdienst en andere overheidsinstanties goed in de gaten of de brief een beschikking, zoals een aanslag, is waartegen u bezwaar kunt maken. Maak tijdig bezwaar. Houdt ook in de gaten wie belanghebbende is. Dat is doorgaans de geadresseerde, maar soms blijkt uit de beschikking of aanslag dat een ander belanghebbende is. De belanghebbende die een aanslag wenst te bestrijden moet zelf het bezwaarschrift ondertekenen of een ander, zoals een belastingadviseur, uitdrukkelijk machtigen voor hem het bezwaarschrift in te dienen.

Bron:
Hoge Raad, 11 juli 2008, nr. 44.086

© College Belastingadviseurs

Geplaatst op: donderdag 24 juli 2008 om 11:24 uur
terug